Finishing touch Sri Lanka

7 juni 2010 - Amsterdam, Nederland

 

Aayu-bowan!! (Singalees voor ‘hallo’!)

En dan is het toch echt 10 mei, tijd om afscheid te nemen van Australië... :-(
Met een brok in onze keel staan we op het vliegveld in Sydney. Toch wel heel raar om te bedenken dat we wel 15 maanden in dit land gereisd en zelfs gewoond hebben, en er misschien wel nooit terug zullen komen. Inmiddels zijn we veel van dit land gaan houden, van het outdoor leven door het prachtige weer, de ruimte en prijzen in dit land (die betekenen dat iedereen in een huis met een tuin kan wonen en daardoor ook een hond kan nemen). Ook kan iedere persoon met een redelijk inkomen een bootje bezitten en in een 4WD rijden(!), echt bizar dus. Ondanks alles hier misschien niet zo goed geregeld is als in NL, lijken Australiërs over het algemeen wel een beetje op ons NL-ers (vrij ruimdenkend en direct), en bovendien zijn ze erg gastvrij! Door al die maanden zijn we relatief ingeburgerd, gewend aan de grappige plaatsnamen die het goed zouden doen bij een potje scrabble ;-) (zie bijv. Wollongong en Booroloola), serieus verslaafd aan vegemite en aan het idee dat je overal en nergens maar kan bbqen! En zo hebben we het even zwaar bij het idee Australië te verlaten.
Toch zien we heel erg uit naar Sri Lanka, wat weer heel erg anders zal zijn dan een verwesterd land als Australië. Voor we het weten verlaten we Down-Under en vliegen naar Singapore en dan door naar Sri Lanka. Het vliegtuig is zoveel meer luxe als we gewend zijn, lekker film en tv-series kijken om de tijd te doden, dat hebben we in alle andere vluchten niet gehad.

Rond middernacht komen we in Colombo aan, waar we worden opgehaald en naar het Silver Sands Hotel in Negombo worden gebracht. Gelukkig is het een goede stek om bij te komen van de vlucht, en de volgende dag zitten we al te smullen van typisch Sri Lankaanse curries, heerlijk! Het hotel zit aan het strand en omdat er verder niet al te veel te doen is komen we vooral lekker bij, maken we plannen en wennen we aan het humide weer.
Na nacht drie in Negombo vertrokken we met de trein naar Puttalam, en toen meteen de bus naar Anuradhapura. Dat hebben we geweten….alhoewel we inmiddels allang geen groentjes meer zijn en kippen en ander vee als medepassagiers hebben gehad (zoals bijv. in Laos) is dit toch de meest helse busrit ooit geweest! Je moet je een bus voorstellen zo vol dat je met je neus boven iemand zijn oksel hangt, je compleet platgedrukt wordt - nog erger als er iemand in of uit wil (wat bijna onmogelijk is), en als je de mazzel hebt dat je kunt zitten krijg je die borsten of billen in je gezicht er gratis bij! Zodoende ben je dus ongewild intiem met zeker de helft van alle buspassagiers :-D . Over het welzijn van onze bagage nog maar niet te spreken! Wel wordt er door zittende mensen meteen aangeboden onze kleine rugtassen op hun schoot te nemen en voor we het weten zitten we zo goed en zo kwaad als het kan een gesprek te voeren met mensen uit Jaffna (noorden van het land) die zelfs hun plekje voor ons willen afstaan(!).
Hoe superlief ook, de truc is om altijd een bus te pakken op een busstation (zo ben je verzekerd van een zitplaats), ook al is de bushalte dichterbij.
En met deze wijsheid in ons achterhoofd voor de rest van de trip begonnen we met het bezoeken van de ancient cities.

In Anuradhapura hebben we fietsen gehuurd en daarmee een hele waslijst van ruines en tempels bezocht, om ’s avonds een verrassingsdiner met kaarslicht te krijgen op de betonnen beginselen van een dakterras van ons guesthouse-in-de-maak, erg leuk!
De volgende ochtend vertrokken we naar Polonnaruwa waar we onze culturele tocht vervolgden en de dag daarop kwamen we in Dambulla terecht.
Hiervanuit zijn we naar Sigiriya gegaan waar we Lions Rock hebben bezocht. Dit is een fort geweest die gebouwd is in de vorm van een leeuw, om tegenstanders af te schrikken. Het enige wat hiervan over is zijn de funderingen en de klauwen van de leeuw (zie foto), maar daarbij heb je een prachtig uitzicht wat de pittige wandeling omhoog (1200 treden) dubbel en dwars waard maakt. Ook zijn er nog wat rotsschilderingen te zien. Terug in Dambulla zijn we de grottempels gaan bekijken, indrukwekkende ruimtes met vele prachtige Boeddhabeelden. In Kandy hebben we de temple of the sacred tooth relic bezocht, waarin Boeddha’s tand bewaard word die ooit ontfutseld is tijdens zijn crematie. De tand zelf kun je niet zien, maar het gebouw is erg mooi en ’s avonds kijken we naar een traditioneel optreden van Kandy dansers. Het is een speciale manier van dansen waar Kandy bekend om staat – compleet met maskers om demonen/geesten te verjagen en het lopen over gloeiende kolen.

Een aantal bussen en treinen verder belanden we in Dalhousie waarvandaan we de nachtelijke wandeling naar Adam’s peak (Sri Pada) gaan doen. Dit is de heiligste berg van Sri Lanka, een wandeling van zo’n 5200 treden naar de top die pelgrims al meer dan 1000 jaar afleggen. Volgens een gastheer uit Anuradhapura ben je pas een echte vent in Sri Lanka als je Adam’s Peak twee keer (of meer) op bent geweest, hijzelf heeft het bij één keer gelaten :-) .
Omdat we zoals bijna altijd weer in het verkeerde seizoen zitten kopen we er wat regenkleding bij en vertrekken we rond half drie in de nacht. Gelukkig is het nog relatief droog en kunnen we de traptreden goed zien door de lichtjes aan weerskanten van de weg. Regelmatig worden we bemoedigend toegeknikt door locals die terug naar beneden lopen, en sommigen vinden het zo leuk ons te zien dat we af en toe (buiten adem uiteraard, haha!) een praatje maken. Een vrouwtje geeft ons zelfs wat snacks en zoent me helemaal af, heel schattig.
Eenmaal op de top begint het flink te regenen, zo hard dat het water als watervallen over de traptreden naar beneden stroomt. Geen uitzicht voor ons door alle bewolking, maar wel een overwinning dat we de top behaald hebben. Waanzinnige mooie (tijdelijke) watervallen uit de bergen gezien door deze overdadige neerslag, helaas hebben we dus amper foto’s kunnen maken van deze tocht, waarna we doornat terugkwamen. Door de hoge traptreden hebben we zeker een week bijna niet kunnen lopen :-D !

Na een nacht in Nuwara Eliya vertrekken we vanaf het Nanu-Oya treinstation naar Ella. De uitzichten van de treinreis naar Ella zijn erg mooi en we vinden er een gezellig guesthouse met aardige eigenaren en erg lekker eten. Ook bezoeken we de Rawana Falls en ‘s avonds doen we een drankje in dit grappige plaatsje.
Omdat we het frisse en vaak natte weer een beetje zat zijn (dit kwam door orkaan Laila die over India heen zwierf en Sri Lanka gelukkig alleen regen bracht) vluchten we naar het oosten die daar geen last van heeft.
We gaan naar Arugam Bay, waar men net zoals in het zuiden erg veel ellende heeft gehad van de Tsunami op 2e kerstdag in 2004. Inmiddels zijn vele restaurants en guesthouses weer herbouwd, maar je ziet er resten van vernielde huisjes en nieuwe boten die aangeboden zijn door Europa (wij zagen ze van België) liggen. Behalve zwaar relaxen in het zonnetje willen we hier uiteraard leren surfen, en voor we het weten liggen we al gauw met surfplanken in het water. Met de spierpijn van Adam’s Peak nog in onze benen doen we een poging en het blijkt superleuk maar ook superzwaar te zijn. De volgende dag gaan we nog een keer zonder leraar, en ik moet eerlijk zeggen dat ik zelf meer tijd op het strand heb gespendeerd dan in het water :-P . Teveel surfers op dit kleine stukje om te oefenen en compleet verzuurd (werkelijk geen kracht in de armen meer om te peddelen en jezelf op te drukken). Frank heeft het een tijd langer volgehouden maar uiteindelijk kwam ook hij uitgeteld het water uit. Ook hebben we hier in de buurt de wilde olifanten die we al vanuit de bus hadden gezien met een tuk tuk opgezocht, we hadden geluk en zagen er vier!
Toen werd het toch echt tijd om Yala National Park te bezoeken om nog meer wilde olifanten en hopelijk luipaarden te gaan zien. Diezelfde dag dat we aankwamen konden we een auto regelen waarin je ook kon staan om alles goed te kunnen zien. Al gauw zagen we een Mongoos (soort otter) oversteken, pauwen, krokodillen, olifanten, ijsvogels, neushoornvogels, pelikanen, apen, sambar- en spotted deers (herten), waterbuffels en eekhoorns. Helaas hebben we de luipaarden waar we vooral voor gingen niet gezien, maar ondanks die teleurstelling was het erg uniek!

Aangekomen in Tangalla vonden we de voor ons mooiste stek aan het strand in Sri Lanka in het Ganesh Garden guesthouse. Bungalows op palen met een grote veranda en hangmat, relaxt restaurant met lekker eten en aardige gastheren. Op het strand zelf hingen er ook nog twee hangmatten waar we uiteraard optimaal gebruik hebben gemaakt. Wel kwam er naast de o zo relaxte hangmatjes waar we lekker in lagen te chillen een slang naar beneden zetten(!), maar gelukkig een ongevaarlijke, bleek later! Ook hier kon je duidelijk zien wat de tsunami heeft aangericht (zo ook in het Yala NP, waar hele bungalows zijn weggevaagd en ook een hoop toeristen waaronder heel veel Duitsers zijn omgekomen). Het guesthouse in Tangalla heeft ons foto’s van voor en na de ramp laten zien en je ziet veel overblijfselen van geruineerde huizen staan als je een stuk over het strand loopt.
Alhoewel we in Australië ooit al Flatback Turtles eieren hebben zien leggen was dit zo speciaal dat we hier op zoek gaan naar een Green Sea Turtle om dit nog een keer mee te maken, ook deze keer weer heel erg bijzonder.
Op de terugweg hadden we het geluk prachtige kunstwerken met lampionnen te bekijken ter ere van Vesak Day, de geboortedag van Boeddha. Net kerst dus, alleen de versiering is anders dan bij ons. Overigens zijn de mensen erg creatief, weken tot maanden bezig en het is een hele eer voor diegene die wint met het mooiste ontwerp.

In het plaatsje Unawatuna zagen we dat het hele strand bekannt verdwenen is, je zit als het ware in het water op een terrasje (zie foto) als het hoogtij is. Grote kans dat op een dag de meeste veranda’s zijn weggespoeld(!). Dit vanwege het feit dat eigenaren van eet- en slaapgelegenheden plannen na de tsunami om alles verder van het strand te bouwen hebben genegeerd en hun eigendom hebben herbouwd op dezelfde plek vanwege de kosten.

De volgende dag bezoeken we het dichtbijgelegen Galle, superleuke plaats met veel VOC historie en Nederlandse gebouwen, kanonnen, museums en vestingsmuren (“net Naardenvesting”; aldus Frank. Doordat het erg klein is doet het gezellig aan. Ook bezoeken we hier een houtsnijderijtje, waar we kunnen zien hoe alle beelden met de hand worden gemaakt.

In Ambulangoda bezoeken we nog een maskermakerij en reizen direct door naar Bentota om een Turtle farm te bezoeken waar je babyschildpadjes kunt vrijlaten. Alhoewel dit niet helemaal zuiver klinkt omdat de farm hier flink wat geld aan verdiend valt er wel wat voor te zeggen dit te gaan doen omdat de oprichter de eieren van locals opkoopt, die anders verkocht zouden worden om als schildpadomeletten te eindigen. Iedere schildpad die gered word is er toch eentje, nietwaar?
Ook kregen we in Bentota de kans eens met een slang om onze nek op de foto te kunnen. De ‘slangenman’ had een bonte verzameling: cobra’s, een adder, een schorpioen en een python die we om onze nek kregen -zie foto’s- (niet allemaal tegelijk natuurlijk; alléén de python :-) ). Deze wurgslang was trouwens erg zwaar, één grote spiermassa!

In Colombo aangekomen slapen we een nacht in een ‘gewoon’ guesthouse en de volgende nacht in een geboekte kamer in het Hilton Colombo Residence Hotel ter ere van mijn verjaardag! Aangezien we tijdens onze reis altijd al een keer zo’n megachille (en hier meer betaalbare!) kamer wilden boeken en het einde er bijna op zit hadden we besloten het er eens flink van te nemen. Vanaf twaalf uur ’s middags konden we inchecken en nadat we alle hapjes, drankjes en dvdtjes hadden verzameld hebben we ons letterlijk tot en met uitchecktijd opgesloten in de kamer. Hoewel we Colombo zelf niet veel aan vinden is het uitzicht vanaf het balkon prachtig en we hebben ons zwaar vermaakt! De volgende ochtend word er op onze deur geklopt en krijg ik zelfs een chocoladetaart met bloemen in mijn handen gedrukt omdat ik vanaf die morgen echt jarig ben (en zo voel ik me ook na deze attenties en alle aandacht vanuit NL!!), echt superleuk!

Nadat we klaar zijn met het kopen van de laatste kleinigheidjes in Colombo vertrekken we naar Negombo naar hetzelfde guesthouse waar we gestart zijn toen we net aankwamen in Sri Lanka. Het is daar wat rustiger, veel goedkoper en je zit dichterbij het vliegveld. Daar kunnen we onze tassen uitzoeken, nog even genieten van het laatste Sri Lankaanse voer om vervolgens het vliegtuig te pakken naar huis.

Ruim op tijd bij het vliegveld missen we onze vlucht bijna alsnog als we worden vastgehouden omdat er om onze creditcard word gevraagd waarmee we de vliegtickets hebben betaald. Aangezien deze creditcard door de Australische bank is vernietigd net voordat we het land verlieten is dit een probleem.
Nadat ze al onze gegevens hebben gezien, wij tijdenlang stressen en aandringen geholpen te worden, worden we zonder duidelijke reden of een excuus toch op het nippertje doorgelaten. Had weinig gescheeld of we waren niet eens met de juiste vlucht thuis gekomen :-( !

Na een lange vlucht via de Malediven en Dubai bereiken we op 7 juni om 13.30 dan toch echt Schiphol! Het vliegtuig taxied een half uur voordat we dan eindelijk uit kunnen stappen en de tassen laten ook nog een tijd op zich wachten, maar een uur later stappen we dan eindelijk de douane door.
Een luid gejuich gaat op zodra we gezien worden, opgeluchte moeders die op ons afrennen en een groot spandoek en bloemen is het eerste wat we zien. Er staat een groter ontvangstcomité dan verwacht (sommigen moesten ‘werken’ :-D ) en het is geweldig iedereen te zien!! Ook ontdekken we vrij snel een grote camera met daarbij Joris Lindssen van het programma 'Hello Goodbye' van de NCRV die Franks’ vader heeft geinterviewd terwijl ze op ons stonden te wachten. ‘Onze’ aflevering word mogelijk uitgezonden in september. Gelukkig heeft Ewout hoe dan ook een filmpje van zowel ons afscheid als onze terugkomst gemaakt, dus die hebben we sowieso! Natuurlijk gaan we op het vliegveld met z’n allen een biertje drinken en feestten we na enige tijd in de file te hebben gestaan nog even door. Beide ouderlijk huizen zijn prachtig versierd, wij hadden ons in ieder geval niet meer welkom kunnen voelen!!!!

Liefs,

Frank & Ingeborg.

 

Foto’s

2 Reacties

  1. Keetie:
    17 juni 2010
    Hee Ingeborg en Frank,
    Welkom terug in NL. Jeetje, wat zijn jullie lang weggeweest! Flores is immers alweer 1,5 jaar geleden!
    Ik hoop dat het lukt om hier weer een beetje te wennen. Geniet lekker na en NL is ook best leuk hoor!
    groetjes Keetie
  2. Suzanne en Guido:
    6 juli 2010
    Welkom terug in NL!!
    Hopelijk kunnen we binnenkort eens een biertje doen in Amsterdam!
    Groetjes, Guido en Suzanne